Durf te dromen

Ze komen inventariseren, de projectleider en de adviseur. Alle afdelingen gaan ze langs. Ze hebben een nogal brede opdracht, inventariseren wat de wensen zijn. Die gaan ze verzamelen, opschrijven, rubriceren, kijken wat er mogelijk is. Ze kijken geïnteresseerd en zijn het ook oprecht. De pen in de aanslag, op het puntje van de stoel. Vertel maar wat jouw wensen zijn.

Eerst durf je niet. Je informeert naar de randvoorwaarden: kaders, budget, planning, context. Wat is daarvan bekend om erbinnen te blijven? Nee, kaders zijn niet meegegeven. Niet alles is mogelijk, uiteraard, maar wij brengen wel alles in kaart.

Vertel je wat er standaard nodig is om jouw werk te doen? Zonder te overdrijven en met mate, de alledaagse zaken, de basis. Zoals dat je een tafel, stoel, iets van een computer nodig hebt, een werkplek kortom, een beetje fris en toegankelijk. Is dat te basaal? Een open plek, dicht bij collega’s, vrolijke kleuren, licht, planten en kunst, representatief, dat zijn ook basale elementen, wensen. Mag je echt vertellen wat jouw wensen zijn? Je vertrouwt het niet. Alles? Zoals een kind een verjaardagslijstje maakt of een wensenlijst voor de Sint? Ook je stoute wensen, de niet-realiseerbare, de niet-uitgesproken, de wilde gedachten? Durf je dat wel? Wat zullen ze wel niet denken als je deze wensen ook vertelt?

Deze worden ook serieus opgeschreven en meegewogen, zeggen de projectleider en de adviseur. Grijp je kans! In het notitieblok schrijft de adviseur het cijfer 1. Met een punt erachter. Dit wordt een lijstje, vul maar in.

Je bent het verleerd om te wensen zonder spelregels vooraf. Als kind deed je het ongegeneerd, het boeide je niet dat de hond, fiets of computer niet tot de mogelijkheden behoorden.

Er kwam later een fase dat je het realiteitsgehalte ging meewegen, de wensenlijstjes werden pragmatischer. Je kon de spullen van jouw lijst kopen van jouw gespaard zakgeld. Handiger nog, je vroeg vanaf een bepaalde leeftijd geld om jouw betrekkelijk bescheiden wensen te realiseren. En toen had je geen wensen meer, wel geld voor het geval dat. De verrassing was er af.

Je voelt gêne. De vraag naar wensen raakt aan de vraag naar tevredenheid. Wanneer ben je tevreden? Als jouw wensen zijn gerealiseerd. Hoe hoog leg je de lat voor jezelf en voor jouw omgeving? Hoe tevredener je bent, hoe minder wensen en hoe minder tevreden, juist meer? Een kinderhand is gauw gevuld, zeggen ze, je bent snel tevreden. Dat kan betekenen dat je met de meest basale invulling al voorzien bent, vanuit bescheidenheid, maar ook vanuit gebrek aan verlangen.

Kun je, ook al ben je tevreden, wensen hebben? Zijn het dan dromen, verder weg liggende beelden die nog lastiger bereikbaar zijn, maar wel aan de horizon lonken. Zijn slechts realiseerbare dromen wensen om teleurstelling te voorkomen? Dromen komen voort uit ontevredenheid of uit verbeeldingskracht en verlangen.

Dromen zijn leuk, inspireren, maken je vrolijk, zijn zelfs een beetje ondeugend, omdat ze niet per se realiseerbaar zijn, maar wel het nastreven waard. Door ze onder woorden te brengen en ze te delen met een ander krijgen ze gestalte. Het zijn geen vage gedachten meer.

Je kunt een glimlach niet onderdrukken, zo spannend is het om dromen in woorden te laten ontstaan. Op het notitieblok van de adviseur staat nog steeds het cijfer 1 met de punt erachter. Ik heb een droom, zegt je dan eindelijk. Ik ga jullie vertellen hoe het er hier zou moeten uitzien. Je aarzelt nog even, maar je moet het beeld nu verder inkleuren. Je krijgt lichtjes in je ogen. Je vertelt met veel gebaren en energie. Als je aan je droom toegeeft, is er geen weg meer terug.

About the Author: Pascale Georgopoulou

Hart voor de publieke zaak | Verbinden, Kennisdelen, Wereldverbeteren | GO&C | Verhalen & Haiku's | Sterke Raad | Griffiers | Omgevingswet | Thessaloniki