Geen toestemming nodig om uit te dagen

Tegenwoordig heet alles een challenge. De term klinkt zelfs holler dan wat vroeger in goed beleidsjargon voor lastige zaken en onrealistische ambities een uitdaging heette. Een challenge was al gangbaar in het bedrijfsleven, de technologie, de sport uiteraard, en nu dus ook in overheidsland. De letterlijke betekenis spreekt voor zich, een uitdaging om een moeilijke klus te klaren, iemand op de proef te stellen, te prikkelen, misschien zelfs uit te lokken. Challenge ademt een sfeer uit van out-of-the-box, buiten de comfort-zone en van een wenkend perspectief. Het zijn termen die moderne overheidsmanagers gebruiken: mooi, aansprekend, maar op den duur sleets. Er is na een tijd kennelijk behoefte aan nieuwe taal.

Zou dat ook gelden voor het modieuze ‘Right to Challenge (RtC)’? Het RtC is het recht om de overheid uit te dagen. Dat inwoners, individueel of collectief, activiteiten gaan uitvoeren of diensten gaan aanbieden als ze denken dat ze het beter en goedkoper kunnen dan de overheid.

Het gaat meestal om zorg, welzijn en leefbaarheid. De overheid moet die uitdaging in principe aangaan. Onder welke voorwaarden en invulling -en hoe om te gaan met risico’s en garanties- dat is vooralsnog een worsteling.

Lokaal beweegt, groeit en lonkt van alles. RtC lijkt niet de zoveelste kerntakendiscussie of invulling van burgerparticipatie. Het is niet alleen nieuwe taal, maar onmiskenbaar een nieuw verhaal. Want niet alleen de uitvoering van de taak gaat van de overheid naar de inwoners, maar ook de verantwoordelijkheid. Inwoners gaan invullen, sturen en kwaliteit leveren. Een strookje groen maaien of een paar wipkippen onderhouden, dat is nog betrekkelijk overzichtelijk. Maar bijvoorbeeld het aanbieden van zorg gaat stukken verder. Is de overheid in staat om los te laten, in het vertrouwen dat de zorg voor de zwakkeren in de samenleving goed komt? Kunnen de “uitdagers” het aan, ook op de lange termijn met continuïteit en kwaliteit zorg te bieden?

Het zijn vragen die werkenderwijs zullen worden beantwoord. Er is nog een weg te gaan om tot een werkbare situatie te komen, tot nieuwe spelregels.

In een bijeenkomst over het RtC viel mij op dat er veel energie was, veel bereidheid om iets te doen, om te bewegen, om mee te doen. Een mooi beeld van inwoners, professionals, politici en ambtenaren met rode koontjes in groepjes in gesprek en op zoek. En dan presenteren: dit zijn onze inzichten, dit gaan wij concreet doen. Op een verslag van de avond werd niet gewacht. Niet nodig, wij hebben elkaar om op te bouwen en om verder te komen. Hoopvol, krachtig dit.

Wat mij ook opviel was dat een ondernemer klaagde over de ingewikkelde regels bij het werken met arbeidsgehandicapten met behoud van uitkering, garanties voor een arbeidscontract, proefplaatsingen en werkstages, het kastje en de muur, hij was er geweest. Als maatschappelijk betrokken ondernemer wilde hij deze mensen een kans geven. De continuïteit van zijn bedrijf mocht er niet onder lijden, dat begreep iedereen wel. Hij kon het beter dan de overheid, was zijn conclusie, ik daag jullie uit, laat het mij doen. Valt dat ook onder het RtC, vroeg ik mij af, of is het een roep om ingewikkelde, misschien zelfs overbodige regels aan te pakken? Dat laatste moet de overheid dan meteen oppakken.

Verder ging een groep inwoners een buurthuis starten in hun wijk, een plek om elkaar te ontmoeten, activiteiten te organiseren, yoga en computerles en ruimte voor startende ondernemers. Een initiatief van onderop, hulde! Ze maakten een plan met alle wensen, mogelijkheden en daarbij ook de financiële onderbouwing. Het gebouw, essentieel onderdeel van het plan, daar moest de gemeente voor zorgen, verder konden ze het zelf wel. Een hele challenge, relevant ook voor de cohesie in de wijk. Maar bestaan daarvoor geen reguliere, “gewone” subsidies en accommodaties voor wijkactiviteiten? Tip: Neem contact op met de betreffende afdeling van de gemeente.

Zoals uitdaging is omgedoopt in challenge, heten buurtinitiatieven straks allemaal RtC?

Het klinkt fris, stoer ook. Wij kunnen het beter, dus, overheid, kom maar op met de centen en de ruimte. En bemoei je er verder niet mee. Zijn alle initiatieven bij voorbaat al goed, alleen al omdat iemand iets wil? Verkennen waar de grens ligt en hoe de nieuwe omgang wordt hoort bij de groei van het RtC. Aan de andere kant gelden voor diverse activiteiten ook de gewone trajecten van aanbesteding en inkoop. En zijn er reguliere subsidiemogelijkheden, waar inwoners en organisaties gebruik van kunnen maken. Initiatieven van inwoners die waardevol en relevant zijn, maar waarbij het niet gaat om het overnemen van taken van de overheid, vallen niet onder het RtC.

Dit is beslist geen semantisch dispuut. Kijk uit dat een ingrijpende maatschappelijke verandering, het overdragen, dan wel het zelf nemen van verantwoordelijkheid, wordt weggemoffeld onder regulier beleid en bestaande aanpakken. Beleidsjargon haalt, als je niet uitkijkt, de scherpte uit de discussie.

RtC raakt fundamenteel aan nieuwe verhoudingen en nieuwe gesprekken tussen inwoners en overheid. Het gaat om meer kracht en draagvlak vanuit de samenleving en een grotere afstand van de overheid. Laten wij ervoor waken dat het recht om uit te dagen oude wijn in nieuwe zakken wordt, het zoveelste beleidsjargon voor een tijdje. Wat er in elk geval moet gebeuren is scherpte in het gesprek tussen inwoners en gemeente en ruimte om RtC te laten groeien. En overigens, sinds wanneer heb je toestemming of een recht nodig om initiatief te nemen of de overheid uit te dagen?

Als je een droom hebt en een plan en bereid bent ervoor te gaan, maak er wat van! Daar is geen RtC, subsidie of overheid voor nodig.

About the Author: Pascale Georgopoulou

Hart voor de publieke zaak | Verbinden, Kennisdelen, Wereldverbeteren | GO&C | Verhalen & Haiku's | Sterke Raad | Griffiers | Omgevingswet | Thessaloniki