Kringloop van gevoelens

Opheffingsuitverkoop stond er op het raam van kringloopwinkel Oud & Nieuw. Het bord was vergeeld en kromgetrokken. Die uitverkoop duurde nu al ruim een jaar. De stagiair had stiekem verteld dat de coördinator van de zaak de opheffing gebruikte om de boel te laten versloffen. Want, ja, als je toch stopt, waarom zou je dan alles netjes houden. Het pand zou worden gesloopt om plaats te maken voor iets nieuws. Haha, knipoogde de stagiair, toepasselijk, hé?

Het rook muf in de winkel. Door een lekkage in de meubelhoek waren een bank en een paar matrassen flink aan het schimmelen. Het duurde een paar weken, voordat iemand er erg in had. De spullen waren in de container gegooid. De stagiair had een hele fles Ambi Pur leeggespoten, maar de lucht was blijven hangen. Het rook muf met een vleugje bloesem.

De boeken stonden helemaal aan de andere kant van het grote vierkante pand. Dichter bij de deur. Het rook er ook muf, maar anders: droog en stoffig muf. De boeken hadden de geur meegenomen van de huizen waar ze hadden gestaan, de kasten en nachtkastjes waar ze in rijen of op stapels hadden gewacht, van de handen die ze vast hadden gehouden. Oude boeken met dikke kaften en dun papier met kleine letters, uit de inboedel van grootvader of oudtante, roken zurig. Studieboeken waar hun eigenaar klaar mee was voordat hij er in begon, roken chemisch naar lijm. Romans, heel veel romans, met glimmende voorbladen, de naam van de schrijver in grote letters, geknakte ruggen, roken naar niets. Gekregen, gegeven, terloops, vluchtig, ze lagen hier, met te veel tegelijk, zonder karakter, zonder geur. Er is weer een hele lading binnengekomen, zei de stagiair. Van een of andere professor. Hij had geen kinderen, een nicht had het huis met tegenzin leeggehaald, toen hij in een verpleegtehuis terecht kwam. Een vrachtwagen vol boeken, hij heeft er nu niets aan, zei de stagiair met een vals lachje, en wij ook niet.

Zelf las hij ook wel eens een boek, zei hij. Hij was vorige week begonnen aan deze: Plan je carrière voor Dummies. Hij vermaakte zich enorm. Kijk, liet hij zien. De eigenaar van het boek, Ferdinand, zijn naam stond erin, was begonnen met de invulbladen. Hoofdstuk 1: Je huidige situatie evalueren. Ferdinand had ingevuld bij het kopje “hoe je leeft”: je sociale leven-niet zo goed; je vrije tijd en hobby’s-niet zo goed; de relatie met je partner-n.v.t.; de omgang met je familie-niet zo goed; je werk-niet zo goed. Het invulblad “Waar droom je van?” had hij leeg gelaten. Daarentegen was het blad “Waar heb je een afkeer van?” helemaal volgeschreven. Hij had een afkeer van drukke buren, telefoneren, rommel, kinderen, wachten op de trein en administratie. Hij werd er “misselijk, onrustig en stil” van, schreef hij. Kijk hier, zei de stagiair, bij “je belangrijkste eigenschappen”: fantasierijk, snel, vindingrijk, ruimdenkend. Bij “Jouw verlangens” staat: ik wil meer denken, ik wil meer problemen oplossen. Wat een giller!

Hij kwam nooit op de afdeling tweedehands schoenen. De stagiair vond dat een treurig hoekje. Schoenen hoor je niet gebruikt te dragen. Niet omdat iemand anders er met zijn stinksokken in heeft gelopen. Maar omdat de schoen heeft zich heeft gevormd naar zijn voetzool en tenen, zijn loop, als een huls, een tweede huid. Hij heeft er mee gelopen, ongeduldig heen en weer gewipt, een sprongetje van blijdschap gemaakt, zich voortgesleept, ergens tegenaan geschopt, is op zijn tenen getrapt. Al je gevoelens zitten in jouw schoen, zei hij veelbetekenend, denk daar maar eens over na.

De stagiair liep naar de kassa. Een klant stond te wachten. Halen of brengen, dat zou nog blijken.

About the Author: Pascale Georgopoulou

Hart voor de publieke zaak | Verbinden, Kennisdelen, Wereldverbeteren | GO&C | Verhalen & Haiku's | Sterke Raad | Griffiers | Omgevingswet | Thessaloniki