De vraag wordt regelmatig gesteld: “Welke gemeenteraad is goed bezig?” Hûh, wat een rare vraag, vindt Pascale Georgopoulou, verbonden aan het Programma Invoering Omgevingswet van de VNG. Mensen zoeken voorbeelden van raden die zich goed voorbereiden op de invoering van de Omgevingswet. Voorbeelden zat, maar wat heb je eraan?
Er is die ene raad die anderhalf jaar geleden startte met informatiebijeenkomsten, over twee weken komen ze voor de vijfde keer bij elkaar. In een denktank, daar noemen ze het een “lab”, bespreken raadsleden met het college en de ambtelijke organisatie dilemma’s bij het maken van een Omgevingsvisie. Goed bezig daar! En er is een raad waar de wethouder heeft gezegd dat de gemeente op de goede weg is, ze werken al in de geest van de wet. De wethouder heeft ruimte nodig, loslaten, daar gaat het om. De raad moet even geduld hebben, het moment dat men aan zet is komt vanzelf, oké? Oké!
Er is ook een raad waar het onderwerp in elke vergadering aan bod komt. Twee raadsleden, een van de coalitie en een van de oppositie, bevragen, soms samen, maar meestal afzonderlijk, het college over de stand van zaken. De wethouder bedankt elke keer beleefd dat hij de gelegenheid krijgt om over de voortgang te rapporteren en doet uitgebreid verslag van de stappen die reeds zijn gezet. De raad neemt daar genoegen mee, de vragende raadsleden concluderen tevreden dat ze goed zijn geïnformeerd en dat ze vinger aan de pols houden. En die raad die een concept-Omgevingsvisie terugstuurde. De inhoud klopte op zich wel, was herkenbaar ook en, eerlijk gezegd, weinig verrassend, maar het proces deugde van geen kant. Zo gaan we hier niet met elkaar om, de raad moet aan de voorkant worden betrokken. Het huiswerk moest over. Van een andere gemeente bezochten maar liefst drie raadsleden een bijeenkomst van Raad op Zaterdag over de Omgevingswet. Ze hadden gezamenlijk besloten dat het tijd was om zich te verdiepen in het onderwerp. Ze hadden hun griffier meegenomen. Na afloop besloten ze dat er een vervolg zou komen.
“Maar welke raad is een goed voorbeeld dat navolging verdient, een best practice?”
Lastig te zeggen, hoor. Elke raad doet iets. Men doet wat het best past in de lokale situatie, zet raadsinstrumenten in waar iedereen aan gewend is, acteert binnen de bestaande bestuurscultuur. De vraag van het ene raadslid krijgt gewoon welwillend een antwoord, maar leidt elders tot een collegecrisis. Het instellen van een raadswerkgroep, sommige raden hebben er wel tien, andere hebben het zelfs nooit overwogen. Wie is aan zet, wie trekt of duwt? De raad, het college, de ambtenaren, samen? Alle denkbare varianten komen voor. De ene raad zet een kleine stap, de andere een grote. Maar ook een kleine stap kan voor die ene raad een gigantisch zijn. Die wet, met kleine en met grote stappen, die komt er. Je mag als raad iets groots of kleins van te maken, dat is allebei ‘goed’!